CPB: maak woning verhuren in de vrije sector aantrekkelijker

Huishoudens met een te hoog inkomen voor een sociale huurwoning zijn aangewezen op het vrije huursegment als ze geen koopwoning kunnen of willen kopen. Dit is financieel onaantrekkelijk, want de vrije huursector is het enige deel van woningmarkt waar de overheid geen financiële ondersteuning biedt. De omvang kan worden vergroot door de subsidieverschillen voor koopwoningen, sociale huurwoningen en vrije huurwoningen te verkleinen.

Het vraagstuk van de vrije huursector is actueel, gezien de overwegingen  om  de hypotheeknormen verder aan te scherpen. De vraag of er iets moet  gebeuren en welke maatregelen genomen moeten worden, is uiteindelijk  aan de politiek. Dit concluderen Stefan Groot, Jan Möhlmann en Arjan  Lejour van het Centraal Planbureau (CPB) in de vandaag verschenen Policy  brief 'De positie van de middeninkomens op de woningmarkt'.

Hogere woonlasten

Huishoudens met een middeninkomen (een inkomen tussen de 35.000 en 50.000 euro) zijn vaker dan andere inkomensgroepen aangewezen op het  vrije huursegment. Huurders in het vrije huursegment hebben hogere  woonlasten zonder dat er een goede reden lijkt te zijn om deze groep  anders te behandelen. Het verkleinen van subsidieverschillen voor de  verschillende soorten woningen kan door een verdere afbouw van de  hypotheekrenteaftrek. Ook kunnen de sociale huurprijzen meer  marktconform worden gemaakt. Een andere mogelijkheid is om juist een  subsidie te introduceren in het vrije huursegment. Als dit tegelijk  gebeurt met een afbouw van de bestaande subsidies, leidt dit niet tot  een toename van de subsidiëring. Anders geven we als samenleving (nog)  meer geld uit aan wonen dan economisch gezien optimaal zou zijn.

Oneerlijke concurrentie

Er is een tekort aan goedkopere huurwoningen doordat commerciële verhuurders deze woningen beperkt aanbieden. Het is om twee redenen voor  commerciële verhuurders niet aantrekkelijk om deze woningen aan te  bieden. Ten eerste zijn deze woningen gebonden aan maximale huren. Ten  tweede moeten commerciële verhuurders met meer dan tien woningen een  verhuurderheffing betalen voor huurwoningen die in aanmerking komen voor  huurtoeslag. Vaak wordt gedacht dat er oneerlijke concurrentie ontstaat  als de verhuurderheffing alleen voor commerciële verhuurders wordt  vrijgesteld. Dat is niet zo, omdat woningcorporaties andere voordelen  hebben ten opzichte van commerciële verhuurders. Woningcorporaties  worden nu namelijk bevoordeeld via garantstellingen van de overheid en  doordat ze vaak lagere prijzen voor bouwgrond hoeven te betalen.

Bron: CBS